Stijlfiguren 1: pleonasme en tautologie
witte sneeuw
Twee weken geleden behandelde ik het verschil tussen hun en hen. Daarmee heb ik de spelling min of meer afgesloten, maar mocht je graag nog iets anders over spelling behandeld zien, dan kun je dat aangeven via de feedback-knop hier links. (Tenzij je via RSS of mobiel leest, dan moet je toch echt even naar mijn site komen op een laptop of een pc). Ik wilde nu graag verder met de stijlfiguren en wel de tautologie en het pleonasme.
Stijlmiddelen of stijlfiguren zijn taalconstructies waarmee je een stuk tekst leuker kunt maken. Ik moet hier dan wel even een voorbehoud maken. Soms worden stijlfiguren fout gerekend in teksten, terwijl ze in poëzie niet fout gerekend worden. Dit heeft te maken met de functie van het stijlfiguur. In poëzie kan een pleonasme gebruikt worden om bijvoorbeeld nadruk te leggen op de eigenschap van het woord.
Misschien eerst even uitleggen wat een pleonasme is?
Een pleonasme is een stijlfiguur waarbij de eigenschap van een zelfstandig naamwoord extra genoemd wordt (een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord en een zelfstandig naamwoord herken je doordat je er de, het of een voor kan zetten). Dit is overbodig, want de eigenschap zit al in het woord besloten. Denk bijvoorbeeld aan constructies als:
de ronde bal, witte sneeuw, ouderloze wezen, vals kunstgebit
In alle zelfstandige naamwoorden zit de eigenschap die extra genoemd wordt al besloten: een kunstgebit is al vals, ballen zijn 99% van de tijd rond en sneeuw is al wit, tenzij er een hondje langsgeweest is.
Een pleonasme bestaat dus uit de combinatie van een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord.
In poëzie wil een schrijver nog wel eens een pleonasme gebruiken om nadruk te leggen op de eigenschap van het woord. Of om een tegenstelling duidelijk te maken
De witte sneeuw wacht
rustig op de hond die komt
Hij wordt geel gemaakt
Deze haiku van mijn eigen hand laat zien dat er een tegenstelling is tussen witte en gele sneeuw. Hier is het pleonasme niet fout.
En de tautologie dan?
Een tautologie is net als een pleonasme ook iets dubbelop zeggen. In dit geval is de tautologie geen fout. Het stijlmiddel wordt ook gebruikt om nadruk te leggen. Alleen gebeurt dit vaak met vaste uitdrukkingen. Dat kan bijvoorbeeld met:
In vuur en vlam, nooit ofte nimmer, vast en zeker (of Vlaams: zeker en vast), idem dito
Dit zijn de vaste uitdrukkingen. Je kunt het ook met andere woordgroepen doen, bijvoorbeeld verplicht zijn om iets te moeten doen, de mogelijkheid hebben om iets te kunnen.
“Verplicht zijn” en “moeten” zijn dubbel, net als “de mogelijkheid” en “kunnen”. Deze constructies kun je beter vermijden als je een stuk tekst schrijft.
Je bent verplicht om rechts te moeten rijden op de weg.
Je hebt de mogelijkheid om een verhaal te kunnen schrijven.
Volgende week ga ik verder met stijlmiddelen. Als ik het laatste stijlmiddel heb behandeld, dan komt er weer een gratis download. Of misschien wel eerder. Blijf dus bij de les ;-).
Meer weten of vragen?
Ben je geïnteresseerd geraakt door dit blog? Stuur me een berichtje en help je verder!
5 Reacties
Trackbacks/Pingbacks
- Martha (@drspee) - Eigenlijk voor morgen maar te snel op publish gedrukt: http://t.co/io7ta2RQ70 over pleonasme en tautologie
- Martha (@drspee) - http://t.co/ZckIVU88sQ waarom geen witte sneeuw of een vals kunstgebit? Lees alles over pleonasme en tautologie
- @ruudketelaar - RT @drspee: http://t.co/ZckIVU88sQ waarom mag vals kunstgebit niet en in vuur en vlam wel? Lees alles over pleonasmes en tautologieën.
Lol leuk voorbeeld:
“GEZOCHT MET SPOED: een voetpedicure in OBL”
Ik moest hem even kwijt!
Whahahaha geweldig 😀
Dat noemen we een contaminatie: twee woorden die elkaar besmetten en tot een woord omgesmeed worden 😉
Leuk weetje!
Bedankt voor de heldere uitleg.
Dag Martha
Kijk via You Tube naar Alles Kan Beter/ Pleonasme!
Carpe diem
W