Brief aan degenen die mij pestten,
Ik zal niet beginnen met een aanhef als “Beste,” of “Geachte,” want jullie zijn best noch geacht. Ik heb überhaupt nooit gedacht dat ik ooit een brief aan jullie zou schrijven, maar het is er dan toch van gekomen. Ik wil jullie graag bedanken voor een aantal dingen.
Ik wil jullie bedanken voor de fijne schooltijd die ik heb gehad op de basisschool en op de middelbare school. Ik wist nooit of ik een dag onopgemerkt door kon komen of dat ik weer complete spreekkoren over mij heen zou krijgen. Mijn overlevingsstrategie, zo weinig mogelijk opvallen en niet al te hoge cijfers halen, heeft mij tot op de dag van vandaag een middelmatig leven opgeleverd. Jullie hebben mij beroofd van mijn leergierigheid en wie weet wat nog meer.
Ik wil jullie verder bedanken voor alle gemene grappen die jullie met mij hebben uitgehaald. Nog steeds ben ik achterdochtig als iemand mij aardig vindt. Nog altijd kijk ik de kat uit de boom en kan ik niet spontaan met nieuwe mensen omgaan. Ik denk steeds dat nieuwe mensen mij een loer willen draaien of een gemene grap willen uithalen.
Ook ontzettend bedankt voor het gevoel dat ik er niet bij mocht horen. Voor het minderwaardigheidscomplex dat jullie mij hebben aangepraat en toegescholden. En bedankt voor mijn gekneusde zelfvertrouwen, mijn eetstoornis en mijn neerslachtigheid. Bedankt ook voor het verlies van mijn spontaniteit, openheid en onbevangenheid.
Ik verwacht niet dat jullie dit ooit zullen lezen, maar verwacht van mij niet dat ik vriendelijk tegen je ben of je op een andere manier aardig zal behandelen, mocht ik jullie ooit nog tegenkomen. Ik zal je niet groeten, geen oppervlakkig praatje aanknopen en al zeker geen antwoord geven op de vraag hoe het met mij gaat.
Ik weet dat jullie het niet meer weten, want pesters vergeten alles, maar ik weet alles nog. Ik herinner me iedere ziekte die jullie mij toewensten, iedere lage grap die jullie met mij uithaalden en iedere roddel die jullie over mij verspreidden. Ik herinner me iedere klap die ik kreeg, ieder verraad van zogenaamde vriendinnen en elk treiterig telefoontje dat ik kreeg. Ik weet alles nog. Alles.
Met cynische groet.