Prutser ~ #WOT deel 38
Prutser ~ 1) Beunhaas 2) Broddelaar 3) Fikfakker 4) Foefelaar 5) Frutselaar 6) Futselaar 7) Klooi 8) Knoeier 9) Knutselaar 10) Kreukelaar 11) Kruk 12) Onbekwaam mens 13) Onbekwaam persoon 14) Pronselaar 15) Slechte knutselaar 16) Slordige werker 17) Sukkel 18) Zwans
“Prutser!” Het woord echoot door mijn hoofd. “Waarom denk je ook dat je het kan redden als zelfstandig ondernemer? Je hebt geen verstand van boekhouden, je hebt geen verstand van marketing en verkopen vind je verschrikkelijk. Hoe moet je ooit je cursus verkopen, je websites verkopen als je geen flauw benul hebt van hoe je mensen moet overtuigen van het feit dat jij daarin weet wat je aan het doen bent?”
De kabouter op mijn rechterschouder herhaalt moeiteloos alle verwijten die ik mezelf maakte de afgelopen weken. En nog steeds maak. Hij kent mij door en door, weet wat er in mijn hoofd omgaat en speelt met kinderlijk gemak in op mijn zwakke plekken.
“Prutser!”
De kabouter kijkt me aan. “Je kan toch helemaal niets. Waarom zou je het überhaupt nog proberen?” Een vettig lachje klinkt in mijn rechteroor. De kabouter heeft het naar zijn zin. “Kap er gewoon mee, zoek een baan in loondienst, dan hoef je zelf niet meer op zoek naar klanten en alleen maar te doen wat er gezegd wordt. Eitje toch?”
Ik draai mijn hoofd zo goed mogelijk naar rechts om de kabouter aan te kunnen kijken. “Ik ga niet in loondienst. Ik ben te oud, te hoog opgeleid en te eigenwijs om te doen wat er gezegd wordt.”
Mijn linkerhand grijpt de kabouter om zijn middel. Zijn armen tegen zijn lijfje geklemd, zijn beentjes spartelen aan de onderkant van mijn vuist. “Prutser!” Hij scheldt me uit: “Prutser! Loser, ongelooflijke broddelaar. Lapzwans, laat me los!”
Ik knijp even mijn vuist een beetje dicht. De kabouter schrikt en is stil. Eindelijk. Ik kijk hem aan en zeg: “Ik ben geen prutser! Ik doe mijn stinkende best om mezelf te bedruipen. Ik heb twee bedrijven waarmee ik probeer mijn hoofd boven water te houden. Ik ben een beetje klaar met je kritiek. Vertrek maar, we zijn klaar met elkaar.” Omdat mijn linkerhand niet zo sterk is, pak ik de kabouter over met mijn rechterhand, haal hem ver naar achter en maak me klaar om het vervelende ventje ver van mij te werpen. Met een flinke snelheid beweeg ik mijn hand naar voren en zet het mannetje op de grond. “Ga weg, prutser. Ik hoef je nooit meer te zien.”
Hoe reken jij af met je kabouter? Heb jij een kabouter of laat jij je gewoon geen prutser noemen? Deel je overpeinzingen, of je gesprek met je kabouter, onder dit blog en ik lees je graag!
Oorspronkelijk begon Karin Ramaker met de WOT. Na wat omzwervingen via Irene en Hendrik-Jan, kwam de WOT uiteindelijk bij mij terecht. Ik schrijf de WOT nu sinds 2014. Hier vind je alle WOT’s vanaf 2014.
Meer weten of vragen?
Ben je geïnteresseerd geraakt door dit blog? Stuur me een berichtje en help je verder!
Precies: https://ipixtitude.nl/wot-deel-38-prutser/
Ik geef het volmondig toe: hier in huis ben ik de grootste prutser. Met de groeten aan John Willams.
https://blog.stephankoopmans.nl/wot-38-prutser/