Gisteren vroeg ik een top tien van boeken om mee te nemen naar het bejaardentehuis. Dit is mijn top tien boeken in willekeurige volgorde. Dus eigenlijk is het geen top tien, maar bij gebrek aan een andere term wordt het een top tien.
- De Val van de Vredeborch – Thea Beckman
- Koning van Katoren – Jan Terlouw
- The secrets of the immortal Nicholas Flamel deel 1 tot en met 6 – Michael Scott
- The Belgariad deel 1 tot en met 5 – David Eddings
- De nevelen van Avalon – Marion Bradley
- Harry Potter deel 1 tot en met 7 – J.K. Rowling
- Labyrinth – Kate Moss
- De verzamelde werken van Shakespeare – De Oxford versie
- De Nederlandse en Vlaamse literatuur vanaf 1880 in 250 verhalen – Samengesteld door Joost Zwagerman
- De poëzie van de negentiende en twintigste eeuw in 1000 en enige gedichten – Samengesteld door Gerrit Komrij
Het zijn best allemaal dikke pillen die ik mee wil nemen, maar als ik dan toch achter de geraniums verdwijn, dan wil ik wel wat te lezen hebben. Vooral de laatste drie boeken zijn verschrikkelijk dik: Zwagermans bundel is 1597 pagina’s, de Komrij is 1465 pagina’s en de Oxford Shakespeare is 1424 pagina’s dik.
Ik neem series ook even als één boek. Tegen die tijd heb ik namelijk al die boeken als één boek bij elkaar gekregen.
Je ziet dat het vooral fantasyboeken zijn en maar weinig titels die volgens de wijze mannen literatuur zijn. Als ik dan eenmaal zo oud ben dat ik in een bejaardentehuis terecht kom, dan wil ik wegdromen. Zeker als het kamertje zo klein is. Dit zijn de boeken waar ik op dit moment zo veel plezier van heb, dat ik ze graag bij me houd. Gelukkig heb ik een ereader waar nog meer boeken op staan. Maar mocht het ooit zo ver komen, dan is dit mijn lijstje.