Soms, als ik aan het sporten ben, dan ruikt mijn zweet naar ammoniak. Daar kan ik niets aan doen: ik heb gewoon niets meer om te verbranden en dan ga ik mijn spieren afbreken en dat stinkt naar ammoniak.

Een meisje van 7 jaar bij de karate training vroeg me laatst waarom ik zo raar rook. “Heb je soms een poepje gelaten?”
Ik moest lachen en legde bovenstaande aan haar uit.
“O,” zei ze, “dan moet je wat minder hard trainen.”
Dus ik zeg tegen haar dat ik dat wel wilde maar dat de trainers dan boos op mij worden omdat ik niet genoeg mijn best zou doen.
Ik stel haar voor de keuze: “Zal ik mijn spieren verbranden of de trainers boos laten worden?” Ze kijkt me aan en denkt ondertussen diep na. Dan zegt ze: “Verbrand dan je spieren maar!”